Zoeken

Home  /  Knowledge sharing  /  Blog  /  Overheidsopdrachten:

 

Overheidsopdrachten:

20 feb 2019

Ook bij een “onaanvaardbare prijs” dringt een prijsbevraging zich op!

Uit een arrest van de Raad van State dd. 30 oktober 2018 (nr. 242.833) is nog maar eens het belang van de prijsverantwoording gebleken. In deze casus was één van de gunningscriteria de prijs. Het bestuur had in het kader van het prijzenonderzoek een offerte als onregelmatig beschouwd vanwege een “onaanvaardbare offerteprijs” omdat de totale offerteprijs 35 % boven het beschikbare budget lag. De vraag of een totale offerteprijs al dan niet aanvaardbaar is, hoort echter niet thuis bij het prijzenonderzoek. Het bestuur moet bij dit prijzenonderzoek immers de regels van de artikelen 35 en 36 KB Plaatsing volgen.

De concrete stappen bij de beoordeling van het al dan niet abnormale karakter van een eenheidsprijs zijn de volgende:

  1. Artikel 35 KB Plaatsing onderzoek van alle eenheidsprijzen: is een eenheidsprijs al dan niet klaarblijkelijk abnormaal hoog of laag?
  2. Zo ja, artikel 36, § 1 en 2 KB Plaatsing: verplicht opvragen van een schriftelijke prijsverantwoording voor elk van die bewuste eenheidsprijzen (tenzij het een verwaarloosbare post betreft).
  3. Artikel 36, § 3 KB Plaatsing: beoordeling van de ontvangen verantwoordingen.
  4. Indien de prijsverantwoording niet voldoet, verplichte wering omwille van het abnormale karakter van de eenheidsprijs.
Daarnaast bevat artikel 36, § 4 KB Plaatsing een specifieke regeling inzake het onderzoek van het totale offertebedrag bij opdrachten voor werken en bij opdrachten voor diensten in een fraudegevoelige sector geplaatst via een openbare of niet-openbare procedure en waarbij de economisch meest voordelige offerte enkel geëvalueerd wordt op basis van de prijs of op basis van de beste prijs-kwaliteitverhouding waarbij het gewicht van de prijs ten minste vijftig procent uitmaakt van het totale gewicht van de gunningscriteria. 

De concrete stappen van het onderzoek van de totale offerteprijs zijn de volgende:

  1. Zijn er minstens vier offertes van (voorlopig) geselecteerde inschrijvers?
  2. Zo ja, zijn er offertes waarvan het totale offertebedrag minstens 15 % onder het gemiddelde bedrag van de door de inschrijvers ingediende offertes ligt
  3. Zo ja, verplichte prijsbevraging voor de betrokken offerte.
  4. Beoordeling van de ontvangen prijsverantwoordingen.
  5. Verplichte wering omwille van het abnormale karakter van het totale offertebedrag, of motiveren in de gunningsbeslissing dat het totale offertebedrag geen abnormaal karakter vertoont.
Een offerte kan dus maar worden geweerd als onregelmatig wanneer de inschrijver na een voorafgaande bevraging geen afdoende prijsverantwoording kon geven voor de klaarblijkelijk abnormaal hoge of lage eenheidsprijzen (voor één of meer niet-verwaarloosbare posten) of het abnormaal lage totale offertebedrag. De offerte van een inschrijver mag dus niet onregelmatig worden bevonden en geweerd omwille van een onaanvaardbare prijs, zonder dat die inschrijver over die prijs voorafgaand is bevraagd.

Voor meer informatie over de plaatsing en uitvoering van overheidsopdrachten, neem contact op met Mtr. Stephanie Moras.