1 september 2023. Hoewel de meesten deze dag zullen associëren met de start van het nieuwe schooljaar, betreft dit deze keer ook de dag waarop het nieuwe Boek XIX van het Wetboek Economisch Recht in voege treedt.
Dit zegt u misschien niet veel, maar door deze inwerkingtreding heeft u als ondernemer nog maar enkele dagen de tijd om uw contract- en algemene voorwaarden aan te passen en in regel te stellen met de nieuwe spelregels inzake de invordering van uw onbetaalde facturen. Want wat zijn de risico's als u uw contract- en algemene voorwaarden niet aanpast?
Risico's van geen aangepaste contract- en algemene voorwaarden
Indien u niet tijdig overgaat tot het conform maken van uw contract- en algemene voorwaarden met de nieuwe wettelijke regels, dan kan uw onderneming geen incassokosten meer aan- of doorrekenen aan klanten die niet of laattijdig betalen. Enige juridische basis mankeert dan namelijk.
U bent als onderneming verplicht om uw klanten vooraf duidelijk te maken wat er zal gebeuren indien men niet overgaat tot betaling van de facturen.
Rekent u toch enige kosten door bij uw eerste herinnering, laat u na de verplichte gegevens te vermelden of schendt u de termijnen (zie hierna), dan stelt u zich bloot aan een reeks burgerlijke sancties. Denk maar aan een verplichte terugbetaling van de strijdige bedragen of een vrijstelling van de betaling van het schadebeding in het voordeel van de klant. Daarnaast kan u ook administratieve sancties en strafsancties oplopen.
Welke wettelijke veranderingen werden doorgevoerd?
Indien er op de vervaldag een schuld niet betaald is en er zodus sprake is van een betalingsachterstand, dan dient u vanaf 1 september 2023 aan uw klant (consument/particulier) een eerste herinnering te versturen om de betaling te bekomen. Bij deze eerste herinnering mogen er geen extra kosten (o.a. vertragingsrente of schadevergoeding) in rekening gebracht worden.
Let op! De nieuwe regels gelden dus niet in een B2B-context. Zodra je wanbetaler een ondernemingsnummer heeft, kan je nog steeds vanaf de vervaldatum van de factuur kosten voor laattijdige betaling aanrekenen volgens je eigen en huidige algemene voorwaarden.
Na ontvangst van deze eerste herinneringsbrief heeft de consument bijgevolg vijftien (bij elektronisch rappel) of zeventien dagen (bij rappel per post) de tijd om de factuur alsnog te betalen. Pas na deze periode starten de verwijlinteresten en kosten met lopen en kan men deze aanrekenen.
Voor KMO’s voorziet de wet hier in een uitzondering. Bij niet-betaling na eerste herinnering, mag men de verwijlinteresten aanrekenen vanaf de kalenderdag volgende op de datum van verzending van de eerste herinnering.
Verplichte vermeldingen
De eerste herinnering dient minimaal volgende verplichte gegevens te vermelden:
Het verschuldigde saldo en het bedrag van het schadebeding dat u zal eisen bij niet-betaling binnen de termijn van vijftien of zeventien kalenderdagen.
De naam of de benaming, en het ondernemingsnummer van de onderneming die schuldeiser is.
Een beschrijving van het product of de dienst die de schuld heeft doen ontstaan, alsook de datum van opeisbaarheid van deze schuld.
De termijn (resp. vijftien of zeventien kalenderdagen) waarbinnen de consument de schuld moet terugbetalen vooraleer u enige kost, interesten of vergoedingen mag vorderen.
Met andere woorden dient de eerste herinnering duidelijk kenbaar te maken dat er bijkomende kosten zullen aangerekend worden bij een te late betaling. Ook dient u te specificeren hoeveel deze zullen bedragen.
Voormelde termijnen zijn tevens wachttermijnen: u dient steeds vijftien of zeventien dagen te wachten om verder in te vorderen (bv. een tweede herinneringsbrief waarbij maximaal 7,50 euro kosten bovenop de portokosten mag gerekend worden, starten van een procedure bij de rechtbank, etc.).
Heeft u momenteel in uw contract- of algemene voorwaarden opgenomen dat klanten vanaf de eerste verwittiging verwijlinteresten of kosten verschuldigd zullen zijn, of heeft u andere bedragen opgenomen dan wettelijk bepaald (zie infra), dan dient u op dat punt uw contract- en algemene voorwaarden met spoed aan te passen! |
Begrenzing aan schadebeding
Naast het invoeren van een eerste herinnering zonder bijkomende kosten en een wachttermijn, heeft de wetgever ook de kosten geplafonneerd. De wetgever tracht zo te vermijden dat consumenten in een negatieve schuldenspiraal terechtkomen wegens aanslepende verwijlinteresten en invorderingskosten.
Volgende bedragen gelden vanaf 1 september 2023:
€ 20 als het verschuldigde saldo lager dan of gelijk aan € 150 is.
€ 30 vermeerderd met 10 % van het verschuldigde bedrag op de schijf tussen € 150,01 en € 500 als het verschuldigde saldo tussen € 150,01 en € 500 is.
€ 65 vermeerderd met 5 % van het verschuldigde bedrag op de schijf boven € 500 met een maximum van € 2.000 als het verschuldigde saldo hoger dan € 500 is.
De meeste ondernemingen hanteren op heden een schadebeding van 10 %. Dit kan dus niet meer. Let wel op dat u voormelde nieuwe spelregels duidelijk opneemt in uw voorwaarden om de nodige rechtsgrond in te bouwen. Zonder vermelding ervan kan u namelijk geen schadevergoeding vorderen.
Begrenzing aan de interesten
Ook de interesten werden begrensd tot de wettelijke interestvoet. Op heden bedraagt deze 12%. Als onderneming mag u hiervan niet afwijken, doch is het van belang om deze contractueel te bepalen om de nodige rechtsgrond te creëren.
Overgangsregeling
De nieuwe wetgeving geldt vanaf 1 september 2023 voor nieuwe contracten. Voor bestaande contracten is er een overgangsperiode tot 1 december 2023. Tegen deze deadlines dient uw onderneming haar contract- en algemene voorwaarden aan te passen aan de nieuwe spelregels.
Staat er in uw algemene voorwaarden dat men vanaf de eerste verwittiging een vergoeding of enige verwijlinteresten verschuldigd zal zijn? Hanteert u andere bedragen en/of interestvoeten als hiervoor vermeld? Dan bent u binnenkort niet meer in regel met de nieuwe wetgeving.
Klik hieronder op de foto's van de auteurs om hun andere artikels te lezen:
Ten slotte regelt de nieuwe wet ook de activiteit van de minnelijke invordering van consumentenschulden. Dit topic zullen onze collega’s Ignace Kroos en Sibel Angelov in een latere blog behandelen.