“Met de hervorming van het bewijsrecht zetten we opnieuw een stap naar een Burgerlijk Recht dat dichter bij de mensen en de hedendaagse samenleving staat” - minister van justitie Koen Geens.
Naar aanleiding van de hervormingen die voormalig minister van justitie Koen Geens aan het bestaande Burgerlijk Wetboek doorvoerde, heeft de Kamer op 4 april 2019 het ‘Wetsontwerp van 31 oktober 2018 houdende invoeging van Boek 8 “Bewijs” in het nieuw Burgerlijk Wetboek’ goedgekeurd. Dit nieuwe Boek 8 zal het bewijsrecht moderner maken, en aanpassen aan de maatschappij van de 21ste eeuw. Het nieuwe Boek 8 is duidelijk verstaanbaar geschreven, en bevat heldere definities en een duidelijk structuur.
In het dagelijkse leven is het bewijsrecht vaak een nuttig instrument. U ging akkoord voor een koop-verkoop en u wenst dat te bewijzen, dan komt het bewijsrecht in het spel.
Koopt u vandaag de dag een goed boven 375,00 EUR, dan is een schriftelijke overeenkomst noodzakelijk. Het bestaande bewijsrecht dat geldt ten aanzien van particulieren is niet altijd even handig in de hedendaagse samenleving. Met de hervorming wordt het versoepeld: een ondertekend geschrift zal slechts vereist zijn voor rechtshandelingen met een waarde van 3.500,00 EUR of hoger in plaats van 375,00 EUR. Voor heel wat courante verrichtingen zal geen ondertekend geschrift meer nodig zijn om het bewijs ervan te leveren, maar kan worden volstaan met meer hedendaagse middelen, zoals e-mail of sms.
Stel, u koopt of verkoopt een tweedehands televisie op internet voor 600,00 EUR. Dan zal binnenkort een sms of e-mail als bewijs van uw aankoop of verkoop volstaan. Deze hervorming biedt ook meer zekerheid voor andere transacties, tot een bedrag van 3.500,00 EUR.
Een tweede belangrijke verandering is dat een rechter op gemotiveerde wijze de bewijslast zal kunnen omkeren, en dus bij de verweerder zal kunnen leggen. Denk bijvoorbeeld aan de situatie van een geldafhaling uit een bankautomaat waarbij er geen geld uit de automaat komt, maar uw rekening wel wordt gedebiteerd. Als de rechter de bank vraagt om de registers voor te leggen, maar deze gewist zijn, zou u vandaag ongelijk krijgen. Na de hervorming zal de rechter in uitzonderlijke gevallen en op gemotiveerde wijze de bewijslast kunnen omdraaien en bij de verweerder, in casu de bank, leggen. Voor de klant is het moeilijk aan te tonen dat hij geld heeft afgehaald. De bank, die de feiten betwist, zal dan kunnen worden verplicht om aan de hand van de registers aan te tonen dat het geld wel degelijk uit de automaat is gegaan. Indien de bank dat niet kan, zal ze in het ongelijk worden gesteld.
Deze tweede hervorming dient als allerlaatste redmiddel om discussies in de rechtbank niet eindeloos lang te laten aanslepen.
Daarnaast is het niet onbelangrijk te vermelden dat het bewijsrecht tussen ondernemingen ook gedeeltelijk wordt aangepast. De vrije bewijsvoering die geldt tussen ondernemingen wordt uitgebreid tot vrije beroepers en landbouwers. Daarnaast zal de bewijswaarde van een factuur ook van toepassing zijn op andere overeenkomsten dan enkel een koopovereenkomst. Het bewijs tegen ondernemers kan vrij geleverd worden zonder geschrift, ook boven 3.500,00 euro. Bovendien zullen ook digitale bewijsmiddelen, zoals een e-mail of sms, na de hervorming als bewijs aanvaard worden.
Met andere woorden zal het bewijsrecht worden aangepast aan onze moderne samenleving met onder andere de verhoging van de drempel voor een verplichte schriftelijke overeenkomst.
Duidelijkheid, modernisering en toegankelijkheid zijn de kernwoorden van de hervormingen aan het Burgerlijk Wetboek. Onze snel evoluerende samenleving heeft nood aan een moderne wetgeving die aansluit bij wat mensen belangrijk vinden, en dat in alle aspecten van het dagelijkse leven.
De nieuwe bewijsregels treden in werking op 1 november 2020.
Auteur: Caluwaerts Uytterhoeven Advocaten
Heeft u vragen omtrent het bewijsrecht? Neem contact op met ons via info@legaloffice.be.